Mijn slaaf dient nu als toiletpot voor mij en mijn slavin. Wij pissen, scheuten en bespotten hem. Hij is ons speeltje, Lizun, zweepman. Mijn slavin houdt ervan om in zijn neus te laten furten, hij kronkelt zich, keert zich af en krijgt een stevige pakslag. We hebben zoveel plezier om hem te vernederen, op hem te plassen, op hem te schijten en in zijn mond en op zijn gezicht te klappen.